Aansprekend, begrijpelijk en ontroerend….

Vorige week heb ik met veel plezier (maar ook met behoorlijk wat inspanning) deelgenomen aan de uitvoeringen van de Mattheus jr in Apeldoorn….Wat is het lastig om twee rollen te combineren: het zingen met twee koren door elkaar, daarbij ook gedurende de uitvoering nog wisselend van samenstelling, èn de getimede momenten van opstaan, al of niet per stemsoort, focussen op de acterende figuur, nakijken van de gevangen Christusfiguur en dan het hoofd met een ruk om te draaien bij het Donner en Blitze……Ik noem maar iets.

Toch boeit iedere keer de uitvoering weer en krijg ik hoe langer hoe meer respect voor het format van de Mattheus jr. : het combineren van authentieke stukken uit de “echte” Mattheus door professionele zangers (Evangelist, Christus, Petrus en Judas en Maria Magdalena)  instrumentalisten ( Joop, de bassis en de saxofonist) en acteurs (Siem en Vader) en -zangers (het koor) , het lijdensverhaal uitlopend op het afscheid “Wir setzen uns..” maar ook verder: de verrijzenis van Christus…
Schrijver Albert Hoex en Joop Schets hebben gezamen een bijzonder fraaie vorm gevonden om de kinderen, maar zeker ook de volwassenen met de Mattheus Passion van Bach bekend te maken……

Aansprekend, begrijpelijk en ontroerend….
De uitvoeringen zorgden bij mij althans voor “kippenvelmomenten” en ontroering en ook de bezoekers hadden ongetwijfeld deze momenten, gezien de intense aandacht die er, bij klein en groot,  waar te nemen was bij alle uitvoeringen.
Eén toelichting daarop wil ik jullie niet onthouden: uit mijn ooghoeken kijkend ( gedachtig de instructie: houdt vooral de focus op de uitvoerende figuur vast! ) zag ik op de eerste rij op een geven moment bij de uitvoering van zaterdagavond een meisje van een jaar of 12, 13 met een klein wit zakdoekje in haar ogen wrijven… niet een keer maar meer en langer…Ook keek ze zeer intens naar wat er allemaal gebeurde!
Ik zag dat praktisch bij alle kinderen, hoewel de kleinere vaak lekker tegen hun moeder aan zaten te luisteren. Dit meisje sprong er toch wel uit en ik vroeg me af waarom ze huilde. Ik vond dat toch wel bijzonder en overwoog, dat er ook andere redenen dan de uitvoering zouden kunnen zijn om te huilen. Daarom sprak ik moeder en dochter na de uitvoering aan, met de vraag of ze het mooi gevonden hadden. Ja, èrg mooi…waarop de moeder me vertelde, dat haar dochter al voor de derde maal de Matteus jr. bijwoonde en het zo mooi vond, dat het ook nog wel langer mocht duren….
Moeten er meer redenen zijn om te uitvoering aan te bevelen of er aan deel te nemen…..?
Jan van Bemmel

Bachkoor handhaaft hoog niveau

 

Bachkoor handhaaft hoog niveau 

Dave ten Kate ‘man of the Matthäus’

J.S. Bach – Matthäus Passion, BWV 244

 

Bachkoor Apeldoorn o.l.v. Joop Schets,

Hans Christian Hinz, bas (Christus), Leon van Liere, tenor (evangelist), Heleen Koele, sopraan, Dave ten Kate, countertenor, André Post, tenor, Marc Pantus, bas.

Het Gelders Orkest, Jongenskoor van het Sacramentskoor Breda, Dirk Luijmes en Andries Stam, orgel, Ralph Rousseau Meulenbroeks, viola da gamba.

 

Gehoord: Hanoszaal, Orpheus, Apeldoorn, 23 maart 2018

 

Door Maarten Mestrom

 

APELDOORN – Sommige kunstwerken staan als eenzame iconen in de tijd. De Nachtwacht van Rembrandt. De Matthäus Passion van Bach. Alles wat muziek vermag is in dit werk samengebald, dat daarmee zowel muzikaal-historisch als spiritueel een onvergelijkelijk hoogtepunt is.

Maar het is ook een verhaal. Een verhaal dat we allemaal kennen omdat we er in meer of mindere mate mee zijn opgevoed. Los van (vaak vooral in de weg zittende) kerkelijke associaties is het een verhaal over waarheid, verraad, uitlevering en volkswoede. Het was een van de fraaie aspecten van de uitvoering van Bachkoor Apeldoorn dat niet alleen de muziek maar ook dat drama goed over het voetlicht kwam.

De Matthäus van Bachkoor Apeldoorn staat mede door de samenwerking met Het Gelders Orkest en de uitstekende solisten al vele jaren op een hoog niveau. Toch heeft iedere uitvoering zijn eigen ‘in het oor springende’ karakteristieken.

Bij de Matthäus van 23 maart waren er enkele hoogtepunten meteen al aan het begin. Zo werd het openingskoor opvallend mooi uitgevoerd. Heel bezonken, bijna filosofisch bezongen de dochters van Sion het komende drama. Door de rust en het tempo was het openingskoor opmerkelijk transparant en was iedere stem met zijn tegenstem in evenwicht.

Grote indruk maakte countertenor Dave ten Kate – hij was wat mij betreft  ‘the man of the Matthäus’, als je dat zo mag zeggen – meteen al in de aria Buß und Reu. Die begon wonderschoon met de twee dwarsfluiten. Peter Verduyn Lunel en zijn collega speelden niet op metalen maar houten instrumenten, met relatief weinig vibrato en met een zeer verzorgde frasering. Na hun inleiding kwam daar de krachtige en trefzekere alt van Dave ten Kate bij. En toen gebeurde er iets opmerkelijks. De vrijwel volle grote zaal van Orpheus leek te veranderen in een kleine huiskamer waarin Ten Kate iedereen persoonlijk meenam in Bach’s intieme boetezang.

De toon was daarmee gezet. Leon van Liere als Evangelist en Hans Christian Hinz als Christus droegen samen het verhaal. Beide voortreffelijke zangers besteedden veel aandacht aan tekstuitbeelding. Fraai hoe dirigent Joop Schets alle vocalisten de ruimte gaf en focus legde op dramatische sleutelmomenten als ‘Ich kenne des Menschen nicht’ en het bloedstollende ‘Eli, Eli, lama asabthani’.

Sopraan Heleen Koele en tenor André Post leken aanvankelijk iets meer moeite te hebben om in hun rollen te komen, maar het alt-sopraan duet ‘So ist mein Jesus nun gefangen’ met het commentaar van het koor er doorheen was van grote klasse en André Post zong een heel mooi ‘Geduld, Geduld!’ samen met de enige gambaspeler in Nederland met een muzikale achtergrond in de rock en roll. Maar wellicht dat juist dankzij die scholing Ralph Rousseau Meulenbroeks zo stuwend en trefzeker speelt.

Altijd een lastig momentje is de ‘herstart’ na de pauze. Onrustig publiek, iedereen met glaasje wijn achter de kiezen nog de pauzestand. Ook het koor leek even een beetje uit het evenwicht, maar de onverstoorbare Joop Schets leidde alles snel in goede banen.

De aria ‘Erbarme Dich’ is iedere keer een sleutelmoment in Matthäus. Als je je als luisteraar nog niet gewonnen hebt gegeven, dan gebeurt dat tijdens ‘Erbarme dich’. Deemoedig gespeeld was de gave vioolsolo door Alexej Pevzner en wederom zong Ten Kate de sterren van de hemel.

Ook bas Marc Pantus was na de pauze zeer overtuigend. Zijn bezielde basaria bijna op het einde ‘Mache dich, mein Herze, rein’ voelde aan als een spirituele samenvatting van deze Matthäus.

Mooi waren de koorstukken. Naast de solide gezongen fugatische delen is het Sind Blitze, sind Donner altijd spectaculair en de uitroep ‘Barrabam’ klonk zoals het hoort: als het meest schrijnende verminderd septiem akkoord uit de muziekgeschiedenis

 

 

Matteüs-Junior

Met je (klein)kinderen naar de Matteüs Junior
Op woensdag 7 en donderdag 8 maart 2018 voert Bachkoor Apeldoorn in samenwerking met Muziektheater De Plaats de Matteüs Junior (9+) uit (zie Agenda hieronder).

Bachkoor Apeldoorn is trots op deze muziektheater enscenering voor jong en oud van de Matthäus Passion. Het beroemde verhaal van de Zoon die moet sterven om daarna door zijn Vader tot leven te worden gewekt. En dat op de minstens zo beroemde wonderschone muziek van Bach. Een verhaal én muziek van alle tijden die het waard zijn om gehoord te worden door kinderen (en hun ouders…) van nu.

Hoofdpersoon in deze voorstelling is een jongen van elf. Met een vader die, altijd rond dezelfde tijd van het jaar, plots héél hard muziek opzet. En – nog erger! – midden in de huiskamer begint mee te zingen! Wat is dat voor muziek? Waar gaat die muziek over? “Pap, kan het wat zachter, ik ben mijn huiswerk aan het maken!”  Een voorstelling over een vader die zijn zoon aan de hand van de muziek van Bach het verhaal van de Vader en Zijn Zoon vertelt. Een verhaal over vriendschap, verraad, offer, zondebok, lijden, medelijden en dood. En, tot slot, verrijzenis. Want uiteindelijk is het een verhaal over het geheim dat het leven voortkomt uit de dood. Bestaat dat? Dat bestaat! Kom luisteren, kom kijken! Voor iedereen van 9 tot 99 die houdt van een spannend en geheimzinnig verhaal én wonderschone muziek. “Bach, wie is dat, Bach?”

Libretto Albert Hoex (vrij naar Picander en Bach)
Solisten: Dave ten Kate (altus), Leon van Liere (Evangelist), Silencio Pinas (Christus), Mirthe Dokter (sopraan) en Tom Jansen (bas)
Muzikale leiding: Joop Schets

Passie voor Matthäus Passion

In vervoering

(door Marie-Thérèse Roosendaal)

De ene helft van Nederland zit uren met een houten kont in een kerkbank, de andere helft pijnigt week in week uit de stembanden. Passie voor de Matthäus Passion. Meedoen aan dat muziekstuk is de droom van bijna alle hobbyzangers. Koorleden vertellen waarom.

Vol afschuw denkt Herman Heus aan morgen. De bruine ogen die net nog zo vurig getuigden van zijn zangplezier, staan op slag droef. „Leeg ben ik dan. Leger dan leeg. Want dan is het voorbij. Ik was vroeger docent en mijn collega’s en leerlingen wisten dat ze Heus de dagen na de Matthäus maar stil in zijn hoekje moesten laten.” Het koorlid klaart op bij de gedachte dat het nog niet zover is: „Dit is de mooiste week van het jaar!”

Laatste repetitie van het Bachkoor Apeldoorn voor de uitvoering vandaag in theater Orpheus.

Onweer zwelt aan in de oefenzaal, een furie van alten en tenoren. Staccato dondert de verontwaardiging. „Sind Blitze, sind Donner!” Wijd, als vissen op het droge, sperren de monden open, verbeten klappen de kaken dicht. Koor in vervoering, rood kleuren de konen.

De Matthäus Passion, het magnum opus van Johann Sebastian Bach, over de lijdensweg en het sterven van Jezus, is nergens zo populair als in ons land. Hans Versloot, secretaris van het koor, vertelt dat de lezingen over het waarom daarvan, uiteenlopen. „De traditie is stevig geworteld in onze cultuur, dit jaar zijn er maar liefst 250 uitvoeringen. Misschien zit het in onze calvinistische aard, of komt het door de ontkerkelijking, dat mensen toch iets religieus zoeken.”

Hart

Vraag koorlid Anneriet Spaans wat dat toch is met die passie voor de Passion en ze zegt euforisch: „Bach, het is Bách. Zijn muziek gaat recht mijn hart in. Al het menselijke gevoel zit erin. Wraak, vergeving, zonde, liefde, ontrouw, verraad.” Ze zingt de Matthäus niet voor het eerst. „Dit is mijn zeventiende. Nee, het verveelt nooit. Na kerst, als de repetities beginnen, ben ik juist blij dat ik hem weer hoor. Zingen doet me goed. Als ik thuis oefen, komt de hond heel dicht bij me zitten.”

En nee, de andere huisgenoten pluggen geen oordopjes in. Integendeel. Stomtoevallig spreken we even later Cees Spaans aan. Haar zoon, ook koorlid. De Matthäus zit in zijn genen. „Mijn moeder heeft me een keertje meegenomen en ik was verkocht. Prachtig om het zelf te zingen. Ik hoor de Matthäus al sinds mijn derde. Die aria’s komen zo intens binnen als je er zelf bij bent.”

„Mi-mi-mi”, humt dirigent Joop Schets. Hij maakt de stemmen los met een potpourri uit Ja Zuster, Nee Zuster. „Niet met de deuren slaan, Duiffies, duiffies, kom maar bij Gerritje”, klinkt het gedragen. Opwarmertje voor het echte werk. Met zijn brede armzwaaien tilt Schets het koor op. Vijfennegentig stemmen zingen als één. Hoho, wacht, Schets corrigeert: „Alten, niet zo gekweld!” Opnieuw. En nog een keer na een uitspraakfoutje.

Onder enkele stoelen ligt een dikke Bach-bundel, maar die hebben routiniers Arien Laimböck en Ger Kruidenier niet meer nodig. De twee nachtegaaltjes kunnen die lappen Duitse tekst dromen na 31 jaar. Arien: „Maak me wakker en vraag naar mijn lievelingsgerecht, en ik zeg ’erwtensoep’. Maak me wakker, zeg Matthäus, en ik zing ’Wir setzen uns mit Tränen nieder’.”

In Pavlov-reactie op de tekst ’Sie sprachen’ staan de koorleden op. Net niet allemaal tegelijk. Dirigent Schets hoont de late opstaanders: „In één keer op je voeten! Zangers die dat niet doen, zijn introverte sukkels.” Zijn gehoor buldert van de lach. En gaan nog maar eens in de benen voor de maestro. Schets schudt pesterig zijn hoofd. „Te laat, Marjan.” ’Introverte sukkel’ Marjan grimlacht: „Ben door mijn rug gegaan.”

Koffiepauze. Herman Heus, grijs paardenstaartje, zoekt naar woorden om zijn liefde te omschrijven: „De Matthäus is het leven zelf. Woede, verdriet, vreugde, angst, verbijstering, mateloze aanbidding, verraad, liefde, trouw, grote schrik. Bach kraakt de kosmos. Het maakt in mij een diepe ontroering los, ook na vijftien keer.”

Baas boven baas. Voor Irene Builtjes, die hem vaker dan eens per jaar uitvoert, is het haar 64e. „De Matthäus zit in ons collectief geheugen. Zing ’Erbarme dich, Mein Gott’, en jongeren spitsen de oren, ze herkennen het.”

Vandaag wacht het grote applaus natuurlijk! Irene Builtjes schudt haar hoofd in afgrijzen: „Nee, ik hoop niet dat het publiek klapt, vorig jaar werd er zelfs goedkeurend gefloten, afschuwelijk. Na het slotakkoord moet het stil zijn. Een stilte die aanhoudt. Het teken dat mensen geraakt zijn.”

Recensie Matthäus Passion 2016

MP 2016Ontroerende kruisiging in Matthäus Passion Bachkoor

Gehoord: Koning Willem Alexanderzaal, Orpheus, Apeldoorn, 18 maart 2016

Matthäus Passion (J.S. Bach, BWV 244) door Bachkoor Apeldoorn o.l.v. Joop Schets, m.m.v. Het Gelders Orkest, Sacramentskoor Breda, Dirk Luijmes en Andries Stam (orgel), Ralph Rousseau Meulenbroeks (viola da gamba). Solisten: Hans Christian Hinz (bas, Christus), Peter Vos (tenor, evangelist), Heleen Koele (sopraan), Dave ten Kate (countertenor), Leon van Liere (tenor), Marc Pantus (bas).

Bachkoor Apeldoorn heeft hoorbaar geprofiteerd van de intensieve studietijd die vooraf is gegaan aan het uitvoeren van Bachs Hohe Messe in 2015. In deze vertolking van de Matthäus Passion was elk spoor van routine (een gevaar dat altijd op de loer lig als een werk elk jaar weer op het programma staat) uitgebannen. Het koor (ook deze keer weer opgedeeld in een ‘oratoriumkoorformaat’ Koor 1 en een ‘kamerkoorformaat’ Koor 2) zong strak, geconcentreerd, helder en bevlogen – mag ik zeggen: beter dan ooit?
In samenhang met een weer magistrale Hans Christian Hinz in de Christuspartij en de verrassend expressieve nieuwkomer Peter Vos als de evangelist leverde dat (onder meer) een zeldzaam meeslepende en ontroerende kruisigingsscène op, waarin angst, verstilling en smart voelbaar waren.
Dirigent Joop Schets legt elk jaar weer hier of daar een ander accent. Deze keer wel heel duidelijk en effectief: het prachtige pianissimo van koor en orkest in het tweede couplet van het koraal ‘O Haupt voll Blut und Wunden’, het ingehouden tempo van het turbakoor ‘Gegrüszet’. Goede keus, mooi gedaan.
Ook de solisten leverden waardevolle bijdragen. Te noemen vallen Heleen Koele met ‘Aus Liebe will mein Heiland sterben’, Dave ten Kate met ‘Erbarme dich’, en vooral deze twee samen in ‘So ist mein Jesus nun gefangen’. Leon van Liere was indrukwekkend in ‘Mein Jesus schweigt’, Marc Pantus in ‘Am Abend’. Het ‘grote’ Koor 1 niets ten nadele, maar het ‘kleine’ Koor 2 stal wel een beetje de show met zijn subtiele bijdragen aan ‘O Schmerz’ en ‘ Ich will bei meinem Jesu wachen’ in deel 1, en ‘ Ach, nun ist mein Jesus hin’ in deel 2.
Heel mooi waren de seconden na het versterven van het slotakkoord, toen Schets lang de spanning vast wist te houden, en de volle zaal zowaar zonder gekuch en gehoest een absolute stilte bereikte.

René de Cocq (muziekjournalist, medewerker van de tijdschriften Luister en Vocaal)

Bachs grote Passie

Waarom is de Matthäus-Passion toch zo ongekend populair in Nederland? Zowel musici als luisteraars horen “in dit muziekstuk de geestelijke ruimte waarin ‘geloof’, ‘transcendentie’ en ‘God’ hun plaats hebben”, zegt Bach-kenner Ad de Keyzer. Hij publiceerde onlangs een boek over Bachs grote Passie. Musicoloog en theoloog Martin Hoondert las het en is onder de indruk. De Keyzer neemt niet alleen de muziek serieus, maar ook de tekst van de achttiende-eeuwse piëtistische tekstdichter Picander. Maar wat maakt de Matthaüs nu zo aangrijpend? Is dat de ‘tekstvoltrekking’ zoals De Keyzer stelt? Of is het toch vooral de muziek die gelovigen en ongelovigen tot tranen toe ontroert?

Door Martin J.M. Hoondert

Al vele jaren geeft Ad de Keyzer lezingen over de Matthäus-Passion van Bach en nu ligt er zijn boek over Bachs grote Passie. De Keyzer is niet alleen gefascineerd door Bachs meesterwerk, maar ook door de populariteit van de matteüs in de Nederlandse cultuur. Elk jaar werken vele koren en instrumentalisten aan deze compositie. (…)

Zielsruimte
Ad de Keyzer begint zijn lijvige, mooi uitgegeven en leesbare boek met de impact die de Matthäus-Passion heeft op luisteraars en uitvoerders. “Zij ontdekken”, aldus De Keyzer, “in dit muziekstuk de geestelijke ruimte waarin ‘geloof’, ‘transcendentie’ en ‘God’ hun plaats hebben.” En dan volgt een cruciale zin, een zin waarin de auteur zijn benadering van de Matthäus-Passion scherp verwoordt: “De Matthäus-Passion maakt contact met deze zielsruimte omdat zij hiertoe is geschapen door de tekstdichter en de componist.” (p. 19) De Keyzer kruipt als het ware in de huid van tekstdichter Picander en componist Bach en probeert hun geraaktheid door de tekst te doorgronden. Hij neemt dus, en daarmee onderscheidt hij zich van vele andere auteurs over het werk van Bach, de tekst zeer serieus.

Sterker nog, de tekst is zijn uitgangspunt. Hij doet deze niet af als verouderd, of niet meer van deze tijd want gevormd door het 18e-eeuwse Piëtisme. Bovendien plaatst hij de tekst van de Matthäus-Passion in de context waarvoor deze gedacht is: de liturgie van Goede Vrijdag. De Matthäus is dan ook geen dramatische voltrekking van de tekst, zoals een opera, maar een liturgische. De rituele voltrekking van de tekst heeft tot doel dat de hoorders van het woord “zich dit woord daadwerkelijk toe-eigenen, eigen maken. Dit is in Bachs Matthäus-Passion goed te herkennen op de zeventwintig momenten waarop de evangelietekst onderbroken wordt door recitatieven, aria’s en koralen. In de (begeleide, M.H.) recitatieven wordt de schrifttekst hernomen en (…) herkauwd, waarna in de aria’s de hoorder en het woord nauw op elkaar worden betrokken. De koraalverzen ten slotte kunnen we beschouwen als een voltooiing: het woord is innerlijk ontvangen en kan zijn werk in de ontvanger gaan doen.” (p. 78)

Lectio divina
De Keyzer typeert zijn benadering als een spiritueel-liturgische, dat wil zeggen: hij ziet de Matthäus-Passion als een rituele vorm die tot doel heeft door de voltrekking van de tekst de hoorder om te vormen. Hij sluit in zijn benadering aan bij de zogenoemde lectio divina, een methode voor geestelijke lezing van de Schrift in vier etappes. Dit model legt hij over de Matthäus-Passion heen. De zevenentwintig secco-recitatieven vormen de eerste etappe, de lezing van de tekst (lectio); de accompagnato-recitatieven die voorafgaan aan de aria’s zijn stap twee, de overweging van de tekst (meditatio); stap drie, het gebed (oratio), vinden we terug in de aria’s en vier, de nadere beschouwing (contemplatio), ligt in de voltrekking van de koraalstrofen.

Echt overtuigend vind ik dit model niet en het valt dan ook op dat De Keyzer in het tweede deel van zijn boek, waarin hij heel gedetailleerd fragment voor fragment de Matthäus-Passion toelicht, het lectio divina model niet expliciet inzet. In die uitleg gaat hij wel diep in op de muzikaal-retorische middelen die Bach gebruikt om zijn omgang met de tekst in klank om te zetten. In het vierde hoofdstuk van zijn boek gaat De Keyzer in op de muzikale retorica. Het betreft hier een systeem dat gangbaar was in de Barok, een manier om muzikale motieven te verbinden met emoties en cruciale aspecten van de tekst. Bach maakte op vindingrijke wijze gebruik van dit systeem en De Keyzer laat keer op keer zien hoe Bach met behulp van dit systeem de tekst voltrekt, interpreteert en betekenis geeft.

Muzikale dynamiek

Ik ben onder de indruk van dit boek. De Keyzer biedt de lezer een schat aan informatie over Bachs beroemde muziekstuk: de tekstdichter, de componist, de verschillende versies, de vorm, de rollen, de liturgische context. Bovendien heeft hij zeer veel literatuur verwerkt en het is prachtig om te lezen welke muzikale ‘trucs’ Bach gebruikt in zijn omgang met de tekst. Maar toch kan De Keyzer mij niet overtuigen van zijn centrale these dat de “tekstvoltrekking door Bach betekenis genereert bij de hoorder.” (p. 124) Heeft het feit dat velen anno 2015 zo geraakt worden door de Matthäus-Passion en dit meesterwerk met zoveel passie uitvoeren, niet veel meer te maken met de muzikale dynamiek? Worden de luisteraars niet in de eerste plaats gegrepen door de klanken? Ad de Keyzer schreef een uniek en geweldig mooi boek, maar toch zou ik graag met hem in gesprek gaan over wat de muziek van Bachs grote Passie met hem doet.

bach cover

Ad de Keyzer, Bachs grote Passie. Een spiritueel-liturgische benadering van de Matthäus-Passion van Johann Sebastian Bach. Baarn/Antwerpen: Adveniat/Halewijn 2014, 475 blz., € 32,50.

(bron: http://www.debezieling.nl/bachs-grote-passie/)